Tussen 1995 en 2001 heb ik stukken geschreven voor Extra Nieuws. Dat was een lokale uitgave van Wegener, zeg maar: de alternatieve Culemborgse krant. Leuke interviews, soms raadsverslagen of ander actueel nieuws. Als het even kon, juist ook stukken met oog voor de historie. Die eigen ‘nieuwsgierigheid’ speelt uiteraard mee in waarover je wilt schrijven.
Een van de aardigste artikelen, waar ik destijds hele leuke reacties op kreeg, was het onderstaande interview met Riens Wammes, boer op De Nieuwe Fontein, op de hoek van de Lange Dreef en de Oranje Nassaulaan. Het is het verhaal van ‘boer Wammes’ en de nu – bijna twintig jaar later – des te meer ‘vergeten geschiedenis’ van het gebied De Hond. Het interview verscheen in de krant van 15 januari 1997.
Riens’ vrouw Jaantje was ook een Wammes; ze waren achterneef en -nicht, hadden dus dezelfde overgrootvader. Hij werd geboren op de Nieuwe Fontein; háár ouders hadden een boerderij op Terweijde, aan de Middelkoopsteeg (zeg maar: de Händellaan nu). Dochter Marianne Kroeze-Wammes vertelt het zo: “Mijn vaders zus was bevriend met ‘tante Bets’, een zuster van mijn moeder, en zo zijn ze aan elkaar gekomen”.
Riens Wammes is in 2004 overleden, hij was toen 92 jaar oud. Zijn vrouw overleed in 2010. Het huis is nog steeds in de familie. “Er woont nu een neef”, zegt Marianne. Uiteindelijk komt haar oudste zoon Sander er te wonen. De tractor van zijn opa – uit 1962 – staat er nog altijd in de schuur. Jongste zoon Leon heeft een ander erfstuk, de Opel Kadett van zijn opa, gekregen. “Ze houden die erfstukken allebei in ere.”
Hieronder het artikel uit 1997:
Gebied De Hond heeft zo zijn eigen geschiedenis
“Al wat Wammes heet, is nog geen familie”
door Bert Blommers
Van 1912 is hij, net als het huis waarin hij werd geboren. Marinus Willem Wammes is vorige maand net 84 geworden, zijn vrouw 80. “Ze worden het allemaal niet, hoor”, zegt de nog altijd kwieke buitenman. De ‘Nieuwe Fontein’ heet het huis waarin hij woont. Het staat op de hoek van Lange Dreef en Oranje Nassaulaan. ’s Zomers heeft hij rond het huis nog aardig wat werk aan de moes- en bloementuin. “En een bést beetje werk ook”, zegt hij.
Vroeger had Wammes vee en fruit, maar de laatste koeien zijn in de herfst van 1989 aan de kant gegaan. Hij heeft veel te vertellen. De Hond is nu een woonwijk, maar Marinus – of zeg maar Riens – weet nog hoe het vóór die tijd was.
Het gebied de Hond is vanouds groter dan de huidige woonwijk. Het strekte zich uit van Oostersingel tot de huidige Honddijk. “De Oude Honddijk werd die altijd genoemd.” In het gebied lag een vijftal stegen. Die Hondstegen werden in de volksmond gewoon ‘Hond’ genoemd. “Je had de eerste, tweede, derde, vierde en vijfde Hond.” Nu dragen die stegen namen als Tulpstraat, Dahliastraat, Julianalaan en Oranje Nassaulaan. De vijfde steeg is een pad geworden, het Meidoornpad. “Dat is zo genoemd, omdat er een meidoornhaag langs stond.”
Erg veel huizen stonden er niet. Er lag vooral bouwland, met wat boomgaarden. Zo lag tegenover Wammes’ huis de boomgaard ‘het IJzeren Potje’ van de familie Van Tiel, en naast het huis lag een boomgaard of bogerd van Blijenberg. De grienden aan de vierde Hondsteeg – nu Oranje Nassaulaan – van later tijd, uit de jaren ’30. Ze waren bezit van de familie Laan, van de sigarenfabriek. Griendhout leverde destijds wat meer op dan akkerland. Laan had overigens overal weilanden, boomgaarden en grienden liggen. “Het halve Culemborgse veld zat onder meneer Laan”, vertelt Wammes.
Oude en Nieuwe Fontein
Riens en zijn vrouw trouwden in 1947 en kwamen in 1953 in het ouderlijk huis. Ze hadden eerst vlakbij gewoond, aan de Julianalaan, in een ‘heel oud boerenhuis’, op de hoek van de Bernhardstraat. Daar is later een nieuw huis voor in de plaats gekomen.
Wammes was zelf de eerste zoon die in de ‘Nieuwe Fontein’ het levenslicht zag. Twee oudere broers werden in de (oude) ‘Fontein’ geboren. Zo heette een boerderij met boomgaard die van het Weeshuis werd gehuurd. “Waarom die zo heette, heb ik nooit gehoord. Misschien staat dat bij het weeshuis nog in de boeken.” Op dezelfde plek staat nu het bejaardenhuis de Elisabethhof. De schoonvader van Wammes’ vader, Hendrik Veldhuizen, huurde de boerderij al. Vader Gerrit Wammes trouwde met de enige dochter. De oude Fontein is echter door brand verwoest. Wammes liet daarna de ‘Nieuwe Fontein’ bouwen. Voordat het zover was, werd op de hoek van Oostersingel en Floraliaweg eerst nog een derde zoon geboren. “Mijn vader huurde het achterhuis van die boerderij, in het voorhuis woonde mevrouw Van Everdingen.” Nu [in 1997] is het het huis van Koedam.
Boomgaarden met namen
Vader Wammes pootte het bouwland bij het huis met vruchtbomen in. Vaak pachtte hij ook nog een boomgaardje elders. “Bij het huis hielden we een stuk of acht fokzeugen”. En ook de kalveren liepen in de bogerd voordat ze naar de uiterwaard gingen. “In augustus had je de verpachtingen van het fruit”, vertelt Wammes. “Bij de notaris kon je dan een boekje halen, waarin alle percelen stonden die werden geveild.” Het fruit werd bij afslag verkocht. “Als er net één eerder afmijnde – dus ‘mijn’ riep –, ging het mooi aan je neus voorbij.”
Vroeger werden wel zo’n tachtig percelen met fruit verpacht. Ze lagen vooral op Redichem, in De Hond en langs de Goilberdingerdijk. De rijkere Culemborgse families, zoals de families Van Hoytema, Dresselhuys, Laan en Van Tiel, waren dikwijls de eigenaren. Sommige families hadden slechts een enkele boomgaard.
“Aan de Achterweg had je de boomgaard Den Uijl. Nu ligt daar de Put van Hussen”. Aan de andere kant van de weg lag de boomgaard Het Kraanpad. Van vooraf aan de Achterweg lagen achter elkaar drie boomgaarden: De Kapel, De Laanakker en de Hoge Kuil. “Die waren alle drie van Ausems van de Markt.” Aan de ‘Hoge Dijk’ had de familie Beltjes een boomgaard.
Vroeger werden ook de weilanden elk jaar verpacht. Een pachter was daardoor nooit zeker van het land dat hij gebruikte. De Pachtwet heeft daar in de jaren ’30 verandering in gebracht. Ook de weilanden hadden dikwijls eigen namen. “Zo had je de Grote en de Kleine Ham”. Die twee percelen lagen in het gebied De Geeren, ten oosten van de Honddijk. De eigenaar zou de beide percelen ooit hebben geruild voor een ham, toen hij de lasten van het land niet langer kon opbrengen.

Riens en Jaantje Wammes, op het bankje voor hun huis De Nieuwe Fontein
Een smal landweggetje
De Weidsteeg is nu een brede straat, maar is dat niet altijd geweest. “Dat was vroeger maar een half zo breed landweggetje! De Weidsteeg was vroeger toch wel zó slecht, daar was gewoon niet te fietsen”, zegt Wammes. In het najaar werd er doorgaans een laag keien overeen gegooid. De Beusichemse polder zorgde voor het onderhoud.
Nee, de Lange Dreef was vóór de jaren ’60 nog de hoofdweg in het gebied, dáárover ging men naar Beusichem en verder. Diezelfde dreef bracht Riens Wammes en zijn broers naar de uiterwaard bij de Redichemse kil, onderaan de dijk waar ze hun vee hadden. “We gingen er met de hondenkar heen om te melken.”
Riens Wammes komt uit een groot gezin. Er waren liefst negen kinderen. Het ‘huisgezin’ was echter nog groter. Behalve vader en moeder waren in de ‘Nieuwe Fontein’ ook Riens’ oma van moeders kant en een vrijgezelle broer van zijn andere grootmoeder onder dak. “Vroeger kon dat allemaal”, zegt hij. Alle dertien sliepen ze boven: vader, moeder en grootmoeder voor, de kinderen en ome Hein over de hele zolder. “We sliepen met z’n drieën in een bed.”
De Wammessen zijn talrijk in Culemborg, je moet er het telefoonboek maar eens op na slaan. Het is een oude familie, die al vanaf 1540 in Culemborg voorkomt. Iemand heeft het uitgezocht. “Ik heb me doof gehoord aan die vent”, vertelt Wammes. De familie heette vroeger Wambuis, in de loop der tijd is dat Wammes geworden.
“Eigenlijk heb ik altijd gedacht dat al wat Wammes heet nog geen familie van elkaar is, maar het is wel zo!”
Zie ook het artikel De Oude Fontein, een boomgaard op Sprokkelenburg.

De Hond, op de Topografische Kaart van omstreeks 1920

Riens’ ouders Godert Wammes en Marie Velthuizen bij de Nieuwe Fontein. De vierde Hondsteeg was toen nog nauwelijks een weg